13. Op de achtergrond

Blog Op De Achtergrond G

Als u oog in oog met het Meisje met de parel staat, lijkt de donkere achtergrond te verdwijnen, terwijl het Meisje zelf – visueel en qua gevoel – dichterbij komt. Doordat het Meisje zo afsteekt tegen de donkere achtergrond lijkt ze haast driedimensionaal, en het oog wordt naar de lichte partijen op haar gezicht en oorbel getrokken. De trend om mensen te portretteren tegen een donkere achtergrond schijnt gezet te zijn door Leonardo da Vinci (1452–1519), waarna de gewoonte door Nederlandse kunstenaars werd overgenomen.

Blog Op De Achtergrond A
Achtergrond van het bovenste deel van het Meisje, met Vermeers signatuur omcirkeld

De achtergrond van het Meisje wordt meestal omschreven als ‘donker’ of ‘zwart’, maar wist u dat die oorspronkelijk heel donkergroen van kleur was? En heeft u Vermeers signatuur in de linkerbovenhoek al ontdekt?

‘Wel geblaut, wel gewaut’

Uit dwarsdoorsneden en microscopisch onderzoek blijkt dat Vermeer de achtergrond uit verschillende lagen heeft opgebouwd. Bovenop de grondering (1) schilderde hij een laag zwart (2). Het is wel omschreven als ‘beenderzwart’, maar recente analyse met SEM-EDX en FIB-TEM bij een zeer hoge vergroting liet zien dat deze laag vooral houtskoolzwart bevat. Hierop bracht Vermeer een groene glacislaag aan (3): een transparante verf van indigo (blauw) en wouw (geel). 

Het zeventiende-eeuwse Nederlands kende de uitdrukking ‘wel geblaut, wel gewaut’, wat zoveel wil zeggen als: mooi blauw geverfd (met indigo) en mooi geel geverfd (met wouw). Om kleding en textiel groen te verven werd een mengsel van blauw en geel gebruikt. Binnenkort wijd ik een blog speciaal aan blauwe pigmenten en kom ik terug op indigo, maar nu kijken we eerst naar de gele kleurstof: wouw

Bekijk afbeelding in de curtain viewer.

Blog Op De Achtergrond B
Verfmonster 21/4050, 400x vergroting. Links: Dark Field / Rechts: UV. De glacis (laag 3) bevat: indigo, wouw, krijt, aluin, loodwit en een beetje rode oker. Curtain viewer: Rob Erdmann.

Wouw is een natuurlijke gele verfstof, gemaakt van de plant Reseda luteola L. De hele plant kan worden gebruikt – bloemen, stengel en bladeren – maar de beste kwaliteit wouw wordt verkregen uit de bloemen. De plant groeide door heel Europa en de kleurstof is een van de oudste en meest gebruikte die er zijn. Om van de wouwplant een geel pigment te maken moest de kleurstof worden neergeslagen op een wit poeder, in dit geval krijt. 

Organische gele lakken zijn lastig te identificeren en analyseren omdat ze verbleken onder invloed van licht. Dit verklaart mogelijk waarom de bomen in Vermeers Straatje (ca. 1658) in het Rijksmuseum blauw zijn. In sommige gevallen is het mogelijk om de aanwezigheid van een ‘gevernist’ lakpigment te achterhalen als het substraat (krijt) nog aanwezig is en met wetenschappelijke analyse kan worden opgespoord. In 1994 werd wouw voor het eerst in het Meisje met de parel geïdentificeerd met een chromatografische methode (HPLC). Bij het opnieuw analyseren van de verfmonsters konden we met behulp van een verbeterde versie van deze techniek de componenten luteoline en apigenine uit de wouw detecteren.

Blog Op De Achtergrond C
Reseda luteola L., illustratie uit Atlas des plantes de France (1891)
Blog Op De Achtergrond D
Test uitgevoerd door Charlotte Caspers voor ‘Het Geheim van de Meester’: een glacislaag van wouw en indigo op een zwarte onderlaag.

Voor het tv-programma Het geheim Vermeer signeerde het Meisje met de parel in de linker bovenhoek met zijn monogram ‘IVMeer’ (omcirkeld op afb. 13a). ‘IVM’ is een ligatuur, oftewel: de letters zijn met elkaar verbonden. Vermeer gebruikte gedurende zijn loopbaan uiteenlopende signaturen, en de signatuur op het Meisje lijkt wat stijl en plek betreft sterk op die op Meisjeskopje uit het Metropolitan Museum of Art in New York. de meester maakte Charlotte Caspers een reconstructie van het Meisje met de parel. Met experimenten waarbij op een zwarte ondergrond een glacislaag van wouw en indigo werd aangebracht liet ze zien hoe de achtergrond van het Meisje er oorspronkelijk kan hebben uitgezien.

Een van de redenen waarom de achtergrond van het Meisje er vandaag de dag ietwat vlekkerig en ongelijkmatig uitziet is dat de organische verfstoffen – indigo en wouw – onder invloed van licht verbleekt zijn. Ook is het mogelijk dat de verf in de achtergrond onder andere factoren te lijden heeft gehad: de omgevingscondities waarin het schilderij in het verleden heeft gehangen, vroegere restauraties en/of het donkerder worden van de olie.

Blog Op De Achtergrond E
Glanzende plek aan de linkerkant van het schilderij, dat beschermd was door een retouche.

Misschien was het u al opgevallen: links in het midden van het schilderij zit een de glanzende plek. Dit deel van de achtergrond is het best bewaard gebleven omdat het tientallen jaren door oud restauratiemateriaal is beschermd tegen vocht en licht. Tijdens de restauratie in 1994 besloten de conservatoren dit stukje te laten zoals het was; het past meer bij hoe Vermeer de achtergrond oorspronkelijk heeft bedoeld. 

Signatuur

Vermeer signeerde het Meisje met de parel in de linker bovenhoek met zijn monogram ‘IVMeer’ (omcirkeld op afb. 13a). ‘IVM’ is een ligatuur, oftewel: de letters zijn met elkaar verbonden. Vermeer gebruikte gedurende zijn loopbaan uiteenlopende signaturen, en de signatuur op het Meisje lijkt wat stijl en plek betreft sterk op die op Meisjeskopje uit het Metropolitan Museum of Art in New York.

De signatuur is met het blote oog nauwelijks zichtbaar, maar komt duidelijk naar voren in de calcium (Ca) MA-XRF kaart.

Blog Op De Achtergrond F
Blog Op De Achtergrond G
Tracing van Vermeers signatuur
Blog Op De Achtergrond H
Vermeer’s signatuur in de calcium (Ca) MA-XRF kaart. Afbeelding: Annelies van Loon (Mauritshuis/Rijksmuseum).

Referenties

  • Groen, Karin M., Van der Werf, Inez D., Van den Berg, Klaas Jan, Boon, Jaap ‘Scientific examination of Vermeer’s Girl with a Pearl Earring,’ In: Vermeer Studies: Studies in the History of Art, edited by Ivan Gaskell and Michiel Jonker, National Gallery of Art, Washington D.C., Yale University Press, New Haven/London, 1998. [online version]
  • Reseda luteola (Wikipedia)
  • Zegeling, Mark en Marc Pos (2017) Het Geheim van de Meester, Markmedia & Art.
  • Van Eikema Hommes, Margriet (2004) ‘Indigo as a pigment in oil painting and its fading problems, Changing Pictures: Discoloration in 15th-17th-century oil paintings, Archetype, London, pp. 91-170.
  • Johannes Vermeer: Signatures,’ Essential Vermeer website

Dankbetuiging

  • Reconstructions: Charlotte Caspers
  • UHPLC analysis of weld: Art Ness Proaño Gaibor (Cultural Heritage Agency of the Netherlands (RCE))
  • MA-XRF: Annelies van Loon (Mauritshuis/Rijksmuseum)